Jaarlijks rapport van Eurochild over armoede
Op 3 oktober 2018 is het jaarlijkse rapport van Eurochild verschenen. Eurochild is een Europees netwerk dat de rechten en het welzijn van kinderen in Europa promoot. Defence for Children en Save the Children, leden van het Kinderrechtencollectief, leverden een bijdrage aan het rapport.
Uit het Eurochild rapport blijkt dat 292.000 kinderen in Nederland opgroeien in gezinnen met lage inkomens. Van deze 292.000 kinderen leven 117.000 kinderen zelfs langdurig in armoede. Ondanks de groeiende economie, is het aantal kinderen dat langdurig in armoede leeft nauwelijks gedaald.
In het Eurochild rapport staat dat de Nederlandse overheid het bestrijden van armoede onder kinderen en sociale uitsluiting hoog op de politieke agenda heeft gezet. Dit is belangrijk omdat 17,6 procent van de kinderen het risico loopt om op te groeien in armoede. Het gevolg hiervan is sociale uitsluiting. De Nederlandse overheid heeft het voornemen om armoede en sociale uitsluiting onder kinderen te bestrijden. Het is echter nog onduidelijk hoe zij de oorzaken van armoede gaat aanpakken.
Schrap het voorbehoud op artikel 26
Eurochild geeft Nederland verschillende aanbevelingen om het aantal kinderen in armoede terug te dringen. Zo roept zij de Nederlandse regering op om het voorbehoud op artikel 26 van het VN-Kinderrechtenverdrag (het recht op sociale voorzieningen) in te trekken. Nederland is op dit moment het enige land ter wereld dat een voorbehoud heeft gemaakt op dit artikel. Het VN-Kinderrechtencomité heeft Nederland hiervoor verschillende keren op de vingers getikt.
Kinderen kunnen door het voorbehoud niet zelfstandig aanspraak maken op voorzieningen van sociale zekerheid. Volgens de Nederlandse overheid kunnen kinderen hier via hun ouders aanspraak op maken. Maar op dit moment zijn er in Nederland gezinnen die beperkt toegang hebben tot voldoende voedsel, water, elektriciteit en in sommige gevallen zelfs geen dak boven hun hoofd hebben.
Daarnaast moet hulp in natura door de gemeenten op passende wijze worden besteed. Het geld dat de overheid beschikbaar stelt aan gemeenten is bedoeld om hulp in natura aan kinderen aan te bieden in de vorm van bijvoorbeeld boeken of zwemlessen. Ook moeten de Nederlandse gemeenten een gelijkwaardig armoede beleid maken.
Betrek jongeren bij opstellen van beleid
Tot slot moeten gemeenten kinderen en jongeren betrekken bij het opstellen van beleid dat op hen van toepassing is. Kinderen hebben volgens artikel 12 van het VN-Kinderrechtenverdrag het recht om hun mening te geven over zaken die hen aangaan. Hieronder valt ook beleid. De input van kinderen en jongeren vergroot de slagingskans van beleid. Het Comité heeft eerder haar zorgen geuit over de beperkte mogelijkheden voor kinderen en jongeren om te participeren in de ontwikkeling van beleid en beslissingen die hen raken. Slechts 4,6 procent van de gemeenten betrekt kinderen en jongeren op dit moment bij de ontwikkeling van beleid.
Hopelijk neemt de Nederlandse regering de aanbevelingen uit het Eurochild rapport ter harte. Dan wordt armoede onder kinderen op een succesvolle manier teruggedrongen.
