In JN Magazine van Jeugdzorg Nederland wordt Marc Dullaert, voorzitter van het Kinderrechtencollectief, geïnterviewd over de rechten van kinderen in de jeugdzorg. Hij maakt zich zorgen over de participatie van kinderen en hun rechten. De stem van kinderen wordt onvoldoende gehoord in beleid dat hen aangaat.
Volgens Dullaert ligt dat niet aan de jeugdzorgprofessionals, maar aan het systeem: “Er lijken maar geen vorderingen te zijn. De wachtlijsten nemen toe. Door de decentralisatie neemt de rechtsongelijkheid toe: het maakt uit waar je wieg staat, want per gemeente kan de zorg waar je recht op hebt verschillen. Het VN-Kinderrechtencomité heeft de Nederlandse overheid hier al meermaals op aangesproken, maar de overheid is tot nu toe onvoldoende effectief op dit thema.”
De topdown-denkwijze in de jeugdzorg
Dullaert noemt dat de Hervormingsagenda van juni 2023 vooral is geschreven voor professionals, zoals beleidsmakers. “Daar zit natuurlijk geen kwade bedoeling achter, maar wel een topdown-denkwijze. Hij zou eigenlijk vanuit het kinder- en kinderrechtelijke perspectief moeten worden geschreven en getoetst”. Daarbij zou de agenda veel concreter moeten zijn. Wie vallen er bijvoorbeeld onder de kwetsbare gezinnen en kinderen die worden genoemd? De agenda moet vanuit een ander perspectief worden bekeken. Het idee volgens Dullaert: van onderop opbouwen.
De stem van kinderen meenemen
Door de Hervormingsagenda van onderop op te bouwen, kun je veel dichter bij de behoefte van kinderen aansluiten, geeft Dullaert aan. “Het begint ermee dat je de stem van het kind meeneemt. Dat je hun behoeften in kaart brengt, dat je hun positieve en negatieve ervaringen met het beleid meeneemt.” In de Hervormingagenda gebeurde dit minimaal. Kinderen moeten gehoord worden over het beleid dat hun aangaat. “Het probleem is dat ik dat niet vertaald zie naar de praktijk.”
De jeugdzorgprofessional
Jeugdprofessionals kunnen zelf ook wat doen om de stem van kinderen mee te nemen in hun werk. Dullaert benoemt dat jeugdprofessionals binnen hun organisatie signalen kunnen afgeven: “Laten horen wat er beter kan, om zo stap voor stap verbeteringen door te voeren.” Zo kan het systeem van onderaf verbeteren. Het is ook belangrijk dat de professional het perspectief van het kind meeneemt in het hele werk, in alles wat er gebeurt. “Pak het Kinderrechtenverdrag er eens bij en toets het werk dat jouw organisatie doet daaraan. Dat helpt om goed te reflecteren op wat jij als organisatie aan het doen bent.”
Volgens Dullaert is er lef nodig, van politici, beleidsmakers en jeugdprofessionals, om het systeem te veranderen en de stem van kinderen te laten horen. “We hebben alle middelen in handen om het goed te doen. Maar dan moeten we het wel anders durven doen.”