Op 12 maart 2021 is door de Universiteit Leiden en Waag een code voor kinderrechten gelanceerd voor het ontwerpen en ontwikkelen van digitale diensten. Dit gebeurde in opdracht van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. De code biedt handvatten aan ontwerpers en ontwikkelaars om de fundamentele rechten van kinderen bij digitale diensten te waarborgen.
Waarom een code?
De code helpt ontwerpers en ontwikkelaars bij het implementeren van kinderrechten. Kinderen moeten de vrijheid hebben zich te ontwikkelen en te participeren in de maatschappij, terwijl ze tegen schadelijke invloeden worden beschermd. Participatie gebeurt steeds vaker met digitale diensten: alle diensten die gebruik maken van digitale technologie. Hieronder vallen apps, games en websites. Ook als de dienst niet nadrukkelijk is gericht op kinderen, is de code van toepassing. Deze diensten moeten op een kindvriendelijke wijze ontworpen worden. De code voor kinderrechten helpt ontwerpers en ontwikkelaars de rechten van kinderen beter te begrijpen en toe te passen bij hun diensten. De code bestaat uit tien beginselen gebaseerd op de rechten uit het VN-Kinderrechtenverdrag. De beginselen van de code zijn niet juridisch bindend voor ontwikkelaars en ontwerpers, maar ze zijn wel gebaseerd op bestaande wet- en regelgeving die bindend is.
De beginselen
De eerste twee beginselen van de code zijn gebaseerd op twee van de vier kernartikelen van het VN-Kinderrechtenverdrag. Het eerste beginsel stelt dat het belang van het kind bij het ontwerp van de digitale dienst voorop moet staan. Dit beginsel geldt bij de uitleg van alle beginselen van de code. Het belang van het kind staat niet op zichzelf, maar voor alle rechten van het kind die relevant zijn voor de concrete situatie. Digitale diensten dragen bij aan de ontwikkeling van het kind, maar daar houden ontwerpers en ontwikkelaars in de praktijk vaak geen rekening mee. Daarnaast mogen digitale diensten kinderen niet uitsluiten van online participatie.
Het tweede beginsel is dat kinderen betrokken moeten worden bij het ontwerpen van digitale diensten. Zij moeten hun mening kunnen geven over de digitale dienst. Ook dienen zij goed geïnformeerd te worden. Participatie draait er echter niet alleen om dat het kind zijn mening kan geven. Het beginsel betekent ook dat gekeken moet worden of de dienst bijdraagt aan het welzijn van het kind. Verder moet rekening worden gehouden met maatschappelijke en culturele factoren. Kinderen met speciale wensen en behoeften moeten ook betrokken worden bij het ontwerpproces van de digitale dienst. Kinderen vinden het belangrijk als naar hen geluisterd wordt. De andere beginselen van de code gaan over onderwerpen zoals de privacy van het kind en het voorkomen van profileren.
Digitale wereld en kinderrechten
Er is steeds meer aandacht voor de digitale wereld waar kinderen in opgroeien. Het VN-Kinderrechtencomité is bezig een General Comment over dit onderwerp te schrijven. Het comité juicht de code van harte toe omdat de digitale techniek steeds meer invloed heeft op het leven van kinderen en het belangrijk is dat hun rechten in digitale diensten worden geborgd.
De code en de beginselen staan op deze website: https://codevoorkinderrechten.nl/