Namens het Kinderrechtencollectief ging Defence for Children in gesprek over kinderparticipatie in Rijswijk. We spraken met wethouder Armand van de Laar, kinderrechtencoach Mike van der Kraan en kinderrechtenambassadeurs Isa (12) en Melia (10). Beide meisjes namen, net als de andere zeventien ambassadeurs, afgelopen week afscheid van de Rijswijkse kinderraad. Ze kijken met een goed gevoel terug op hun tijd als vertegenwoordigers van andere basisschoolkinderen. “We mochten meedenken en voelden ons gehoord”, zegt Isa. Melia vult aan: “Het was leuk. Ze luisterden echt naar onze adviezen en behandelden ons als vip’s.”
Kinderrechtenambassadeurs
Rijswijk besloot vier jaar geleden aandacht te besteden aan kinderparticipatie. Eerst vanuit de gedachte dat dit wel aardig zou zijn, maar later vanuit overtuiging. Wethouder Van de Laar: “We maken nu vaker gebruik van de input van de kinderrechtenambassadeurs. Kinderen vertegenwoordigen het geluid van de toekomst. Dat besef maakt dat hun blik meer waarde voor ons heeft gekregen.” Wat hij en kinderrechtencoach Mike, zoals de ambassadeurs hem noemen, daarnaast belangrijk vinden, is dat de kinderraad kinderen enthousiasmeert voor de politiek. “Een van de ambassadeurs zei dat hij later wethouder wil worden”, zegt Mike. “Haha”, lacht Van de Laar, die zelf begon in de leerlingenraad, “fantastisch dat kinderen die later een bestuurlijke of politieke functie willen, in Rijswijk kunnen oefenen.”
Borging
Het idee om een adviesraad van kinderen op te zetten, kwam uit de koker van de gemeenteraad en werd omarmd door de wethouders. “Dat is nodig. De betrokkenheid van verschillende wethouders zorgt ervoor dat er echt iets gebeurt met de adviezen”, zegt Van de Laar. “Daarnaast is het belangrijk dat de gemeente het betrekken van kinderen bij het beleid in de begroting opneemt en goed organiseert.” De gemeente voorzag dat de ambassadeurs, kinderen tussen de tien en twaalf jaar, begeleiding nodig zouden hebben. Daarom werd Mike ingehuurd als kinderrechtencoach. Ook werd een goed ingevoerde ambtenaar gevraagd de schakel te zijn tussen de kinderraad en de gemeente.
Advies geven
Om kinderen uit groep zeven voor de raad te werven, deelde Mike flyers uit en bezocht hij bijna alle basisscholen in Rijswijk. Het leidde tot de installatie van negentien gemotiveerde kinderrechtenambassadeurs van elf verschillende scholen. Ze bepalen zelf over welke onderwerpen ze gedurende het jaar advies willen uitbrengen. Zo koos de groep van Melia en Isa voor speeltuinen, verkeersveiligheid, een veilige omgeving en afval en milieu. Per onderwerp leveren de ambassadeurs verschillende door henzelf of andere kinderen, zoals klasgenoten, bedachte ideeën aan. Deze bespreken ze eerst in kleine groepjes. “Dat is fijn”, zegt Isa, “want alleen maar luisteren is saai.”
De ambassadeurs bepalen vervolgens gezamenlijk welke vier of vijf ideeën in het advies worden opgenomen. Dit gaat naar de betrokken wethouder. Er volgt altijd een schriftelijke reactie met uitleg, of de gemeente het advies nu wel of niet opvolgt. Zo vond de gemeente de door Isa, Melia en de andere kinderrechtenambassadeurs voorgestelde tunnel te duur, maar pakten ze het advies voor veiligere schoolroutes wel op. Hetzelfde geldt voor het regenboogzebrapad en speeltuinen voor kinderen vanaf een jaar of negen, een idee van Melia: “Kinderen van mijn leeftijd willen uitdagendere speeltuinen, met trampolines en een klimbos.”
Advies vragen
Van de Laar: “De ambassadeurs hebben daarnaast een agenderende functie. Signalen die wij via hen ontvangen, blijven in ons hoofd hangen en worden meegenomen in het beleid. Wat ik fantastisch zou vinden, is als we kinderen vaker naar hun mening gaan vragen over andere beleidsonderwerpen waarbij kinderrechten zijn betrokken. Denk aan het armoedebeleid en het recht op schone lucht. Moeten er in Rijswijk meer bomen komen in plaats van parkeerplaatsen? De autolobby is daarin luid en duidelijk vertegenwoordigd, maar ik ben benieuwd naar de stem van kinderen. Die is minder goed georganiseerd. Door aan te geven wat zij belangrijk vinden, brengen kinderen balans in de discussie. Dat mis ik soms in de politiek.”
Belang kinderparticipatie
“De gemeente heeft kinderen nodig als ze iets willen veranderen, want volwassenen weten niet wat wij willen”, zegt Isa. Mike knikt. “Participatie is ook belangrijk voor het netwerk en de ontwikkeling van kinderen. Ze leren samenwerken, debatteren en hoe ze andere kinderen kunnen overtuigen.” Melia voegt hieraan toe dat het goed is voor kinderen om te weten dat er naar hen wordt geluisterd. “Als er iets is, kunnen ze dat tegen een kinderrechtenambassadeur zeggen en dan wordt daar iets mee gedaan.” “Zo ervaren kinderen dat ze deel uitmaken van de gemeenschap en invloed hebben op het beleid ”, zegt Van de Laar, “dat is het begin van burgerschapsontwikkeling.”
Blinde vlek
Van de Laar vervolgt: “Via de kinderrechtenambassadeurs bereiken wij kinderen in de basisschoolleeftijd, en omgekeerd. Dat geldt niet voor oudere kinderen. Die zijn op dit moment een blinde vlek voor ons. Wij hebben bijna geen middelbare scholen in Rijswijk en weten niet hoe we hen het beste kunnen bereiken en hun interesse wekken.” “Het punt is”, zegt Mike, “dat een gemeente ver van de meeste kinderen af staat, of ze nu op de basisschool zitten of de middelbare. Een van de ambassadeurs zei tegen gemeenteraadsleden dat zij hun verjaardag beter in een speeltuin kunnen vieren. Dat is supergrappig en tegelijkertijd veelzeggend. Daar moet je iets mee als gemeente.” “Eigenlijk, zeggen Melia en Isa, moet de gemeente naar scholen toe om uit te leggen wat een gemeente is en hoe die in elkaar steekt.”