Tijdens het online jubileumevent van het Kinderrechtencollectief op 30 oktober vonden er behalve het kinderrechtendebat ook acht break-outsessies plaats. Vertegenwoordigers van kinderrechtenorganisaties, kennisinstituten, (lokale) overheden en jongeren luisterden naar kinderrechtenexperts, gingen met elkaar in gesprek via de chat en reageerden op diverse interessante stellingen. Vandaag geven we een samenvatting van de break-outsessie over de generatietoets, die onder leiding staat van Maurice Knijnenburg van de Nationale Jeugdraad en Esther Polhuijs van UNICEF.
Generatietoets
Een generatietoets is het bepalen van de directe en/of indirecte effecten van beleid en wetten op verschillende generaties in de samenleving. Het gaat om vooraf toetsen, in plaats van achteraf repareren. Een generatietoets is belangrijk, onder andere omdat blijkt dat de effecten van beslissingen vaak pas later duidelijk worden, zie bijvoorbeeld de gevolgen van het leenstelsel. “De cocktail van stukjes beleid is vaak te verenigen met de belangen van generaties, maar als naar het geheel van al die stukjes beleid wordt gekeken, dan zie je dat beleid effect heeft op veel meer. Zo wordt er bij het plannen van nieuwe woonwijken niet gekeken of er voldoende ruimte is voor speelplekken.”
Generatietoets in Nederland
Het kabinet maakte in maart 2020 bekend een generatietoets te ontwikkelen. Daarin zullen de belangen van jongeren nog nadrukkelijker worden meegenomen. In eerste instantie zal er geëxperimenteerd worden met de toegankelijkheid van het onderwijs, de start op de arbeidsmarkt, de mogelijkheid om een gezin te starten en betaalbare woonruimte. Er loopt al een pilot met een vorm van generatietoets, waarin wordt gekeken naar de effecten van coronamaatregelen op de jeugd.
Volgens Knijnenburg en Polhuijs hebben we als Nederland nog geen goed beeld van hoe een generatietoets eruit zou moeten zien en hoe je ervoor zorgt dat kinderen en jongeren van alle leeftijden en achtergronden daarin een goede plek krijgen. “Wat voor vragen moeten er in de generatietoets komen om ervoor te zorgen dat beleidmakers en wetgevers de juiste dingen bekijken bij het maken van wet en beleid?” Het is ook lastig te bepalen hoe je effecten inzichtelijk maakt. Dat kan door een kwantitatieve toets: Het doorrekenen van cijfers en bepalen van economische effecten. Een kwalitatieve toets is ook mogelijk: Wat vinden mensen ervan en wordt het juiste probleem opgepakt?
Suggesties vanuit deelnemers break-outsessie
Vanuit de deelnemers aan de break-outsessie kwamen de volgende suggesties:
- Kijk naar andere landen (Wales, Vlaanderen, Finland, Ierland, Nieuw-Zeeland, Schotland, Zweden en Zuid-Afrika hebben bijvoorbeeld een kinderrechtentoets).
- Stel in de generatietoets de bezwaren tegen invoering van nieuwe wetten en beleid centraal, en hoe je daarop kunt reageren. Leg vervolgens het nieuwe beleid of wetsvoorstel voor aan de generaties zelf. Dat kan ook helpen de polarisatie tussen generaties te verkleinen.
- Kijk naar het grote geheel in plaats van beleid en wetten te maken om een specifiek probleem op te lossen.
- Plak als volwassenen niet de inzichten uit de eigen jeugd op de nieuwe generatie.
Generatietoets met een kinderrechtelijke kapstok
Het VN-Kinderrechtenverdrag biedt een goed juridisch kader om te toetsen wat het effect van beleid en regelgeving is op de jeugd. Het VN-Kinderrechtencomité heeft Nederland in haar aanbevelingen meerdere malen gewezen op de noodzaak van een zogenaamd Child Rights Impact Assessment (CRIA). Die noodzaak volgt ook uit artikel 3 en 4 van het VN-Kinderrechtenverdrag en de bijbehorende General Comments (zoals bijvoorbeeld General Comment nr. 5 over de implementatie van kinderrechten). Een generatietoets met een kinderrechtelijke kapstok heeft verschillende voordelen:
- Het zorgt ervoor dat de belangen en de rechten van kinderen worden getoetst en gewogen.
- Het versterkt de aandacht in beleid voor kinderen als zelfstandig dragers van rechten.
- Het zorgt voor een beter zicht op de issues rondom kinderen.
- Het zorgt voor participatie; zij die geraakt worden door wet en beleid worden immers gehoord.
- Het zorgt voor betere afstemming en coördinatie van beleid.