Afgelopen week werd via het Centraal Bureau voor de Statistiek bekend dat tussen 2015 en 2020 zo’n 1.115 kinderen van gedupeerden van de Toeslagenaffaire uit huis zijn geplaatst. Volgens het VN-Kinderrechtenverdrag mag het scheiden van kinderen en hun ouders alleen plaatsvinden onder zeer bijzondere omstandigheden. Als blijkt dat door toedoen van de overheid onrechtmatige uithuisplaatsingen zijn gedaan, dan is dit zeer zorgelijk. Met de uithuisplaatsingen is de kinderen en ouders veel leed aangedaan. Het is belangrijk dat deze uithuisplaatsingen onderzocht worden en dat de situatie van deze kinderen zo snel mogelijk verbeterd wordt.
Belang van het kind
Kinderen worden uit huis geplaatst als de overheid vindt dat dat in het belang van het kind is, dit kan bijvoorbeeld zijn omdat er sprake is van misbruik of verwaarlozing. Het is onduidelijk of de 1.115 kinderen van gedupeerden van de Toeslagenaffaire uit huis zijn geplaatst vanwege de schuldenproblematiek van hun ouders of vanwege andere redenen. De overheid is in deze affaire verantwoordelijk voor de armoede(val) van de gedupeerden, het zou dus erg wrang zijn als dat de reden is dat de kinderen uit huis zijn geplaatst.
Familieleven
Uithuisplaatsingen alleen op basis van armoede en schuldenproblematiek zijn in strijd met het VN-Kinderrechtenverdrag. Kinderen hebben het recht om op te groeien bij hun familie (artikel 9). Daarnaast hebben kinderen recht op een toereikende levensstandaard. De verantwoordelijkheid voor de levensstandaard van het kind ligt bij de ouders, maar de overheid zou de ouders hierin moeten steunen met onder andere materiële bijstand (artikel 27).
Het is belangrijk om te onderzoeken wat de huidige situatie van de kinderen is die gedupeerd zijn door de Toeslagenaffaire, waarom ze van hun ouders zijn gescheiden en hoe deze situatie zo snel mogelijk kan worden opgelost in het belang van het kind.
NOS: Meer dan duizend kinderen gedupeerden toeslagenaffaire uit huis geplaatst