Op Jongeren Prinsjesdag is het UNICEF-Jongerenadvies 2022 overhandigd aan de leden van de Tweede Kamer. Hierin geven jongeren concrete aanbevelingen aan de politiek hoe zij volgens hen met bepaalde onderwerpen aan de slag zouden moeten. Het advies gaat over mentaal welzijn, onderwijs en jongerenparticipatie met betrekking tot de overheid. Uit onderzoek is gebleken dat dit de thema’s zijn die het meest onder jongeren leven.
Jongeren & mentaal welzijn
De meeste reacties van jongeren gingen over mentaal welzijn en hoe we hier als samenleving mee om gaan. Zij vinden het belangrijk dat hulp vragen bij mentale problemen makkelijker wordt. Zo kan bijvoorbeeld iemand op school worden aangewezen die weet hoe jongeren kunnen worden ondersteund en die jongeren kunnen vertrouwen. Ook willen jongeren dat volwassenen het goede voorbeeld geven, door werk te maken van een inclusieve maatschappij waarin iedereen zichzelf kan zijn en waar professionele zorg beter toegankelijk is.
Jongeren & onderwijs
Het hokjesdenken over ‘hoger’ en ‘lager’ onderwijs moet verdwijnen en onderwijs moet beter aansluiten bij wat een individuele leerling wil en kan. Ook moet de nadruk op toetsen en presteren minder groot worden zodat er meer ruimte is voor jongeren om als persoon te ontwikkelen.
Jongeren & participatie
Jongeren geven aan dat zij serieus willen worden genomen, dat er echt naar hen geluisterd moet worden en dat zij kansen moeten krijgen. Dit zorgt ervoor dat zij zich beter voelen gehoord en begrepen. De jongeren pleiten voor het betrekken van jongeren die nu nog onvoldoende gehoord worden door bijvoorbeeld hun achtergrond of schoolniveau. Ook is het belangrijk dat jongeren goed weten hoe zij kunnen participeren.
Belang van jongerenparticipatie
Het advies is gemaakt door jongeren tussen de 13 en 18 jaar. In totaal hebben 847 jongeren aan het advies meegewerkt. Uit artikel 12 van het VN-Kinderrechtenverdrag volgt dat alle kinderen het recht hebben om hun mening te geven over zaken die hen aangaan. Naar deze mening moet serieus worden geluisterd. Dit geldt ook voor de politiek. Jongeren moeten kunnen meepraten over het beleid dat wordt gemaakt, omdat het ook invloed op hen heeft. Dit gebeurt in de praktijk nog niet genoeg.
Suzanne Laszlo, directeur van UNICEF Nederland: ‘Jongeren voelen zich moedeloos als er te weinig naar hen wordt geluisterd bij het maken van beleid en het aanpakken van problemen in de samenleving.’
De komende maanden zullen de jongeren die hebben meegewerkt, het UNICEF-Jongerenadvies op de agenda blijven zetten. Het Kinderrechtencollectief steunt het UNICEF-Jongerenadvies en hoopt van harte dat politiek Den Haag hiermee voortvarend aan de slag gaat en jongeren meer zal betrekken bij de besluitvorming.
Lees hier het UNICEF-Jongerenadvies 2022.